“Je moet niet enkel denken aan technologie die nu relevant is, maar ook over drie of vier jaar.” – Natalie Provost
Natalie Provost, pedagogisch ICT-coördinator bij de Ignatiaanse scholen Iñigo in Aalst, is gepassioneerd door haar job en heeft een duidelijke mening over de digitale versnelling. Wat zij iedereen graag wil vertellen, lees je hier.
Natalie Provost werkt al 15 jaar in het onderwijs en maakte even geleden de switch van het secundair naar het basisonderwijs. Ze heeft een heldere visie op het vlak van digitalisering en deelt deze ook graag met anderen in haar netwerk.
Van secundair naar basisonderwijs
Natalie studeerde voor leerkracht Nederlands, Engels en Informatica in het secundair onderwijs. Ze startte als leerkracht in een secundaire school in Halle en heeft daar 13 jaar lesgegeven. Aan ervaring in de klas dus geen gebrek. “Er is een serieuze digitale omslag gebeurd bij ons op school”, geeft ze aan. “We zijn in het eerste jaar volledig projectmatig en digitaal beginnen werken, lang voor er sprake was van de Digisprong. We zijn afgestapt van lesuren en verschillende leerkrachten, maar stonden met vier fulltime coaches voor de klas.”
Toen het project werd doorgetrokken naar de hele school, nam Natalie de taak van pedagogisch ICT-coördinator op zich. Na 15 jaar was het echter tijd om andere oorden op te zoeken en ging ze dichter bij huis werken in het basisonderwijs. “De overstap van zowel het secundair naar het basisonderwijs, als deze van het GO naar het Katholiek Onderwijs, doet wel een hele nieuwe wereld opengaan”, voegt ze toe. “Op zich is het wel fijn om alles vanuit een ander perspectief te zien en je horizon te verbreden.”
De overstap van het secundair naar het basisonderwijs, van GO naar het Katholiek Onderwijs, doet een nieuwe wereld opengaan.
Natalie Provost, pedagogisch ICT-coördinator.
“De basisscholen waar ik nu werk hadden nog niet echt prioriteit gemaakt van het digitale”, zegt Natalie. “Al heb ik misschien geen correct beeld om mee te vergelijken, gezien mijn vorige school ver gevorderd was in de digitale aanpak.” Door een pedagogisch ICT-coördinator aan te werven, heeft ze het gevoel dat haar nieuwe scholen wel de hoge nood zien aan visie en sturing. “Alles wat ik gaandeweg heb geleerd, kan ik nu implementeren.”
Takenpakket
Op dit moment is Natalie ICT-coördinator voor 9 basisscholen en begeleidt ze hen bij de digitale versnelling in het onderwijs. Al doet ze dat niet alleen, want vorig jaar werd nog een nieuwe technische ICT-coördinator aangenomen. “Dat maakte het heel spannend, gezien we allebei nog veel dingen moesten leren.”
Met twee werken voor 9 scholen is wel het absolute minimum volgens Natalie. Gelukkig zijn er ook enkele plaatselijke ICT’ers die kleine, hoogdringende zaken kunnen oplossen. Zij zijn het eerste aanspreekpunt voor de leerkrachten. “Wij werken het ICT-beleid uit, hoe we het Digisprongverhaal duurzaam kunnen maken en zetten vooral in op het begeleiden van de leerkrachten.” Dat doen ze door webinars, filmpjes en handleidingen te voorzien, maar ook nascholingen te geven in onder andere digitaal evalueren.
“We bekijken daarnaast samen met de leerkrachten welke nieuwe platformen of tools ze nodig hebben. Al proberen we dat wel te sturen, gezien ik geen fan ben van duizend-en-één verschillende dingen. Sommige nieuwigheden zien er wel tof uit, maar hebben daarom geen pedagogische meerwaarde in de klas.”
Infrastructuur op school
Niet alle scholen in de scholengroep werken reeds met dezelfde educatieve platformen, maar qua toestellen willen ze volledig evolueren naar Windows. Natalie geeft daarbij aan dat de constante discussie tussen Windows- en Google-tools volgens haar niet nodig is. “De keuze die je maakt is minder belangrijk dan hoe consequent je alles implementeert.”
De keuze die je maakt is minder belangrijk dan hoe consequent je alles implementeert.
Natalie Provost, pedagogisch ICT-coördinator
Omdat het niet altijd even makkelijk was voor de leerkrachten tijdens de coronapandemie, is Natalie gefaseerd gestart met het aankopen van Windowslaptops. “Het is niet de bedoeling om tegen 250 km/u mensen aan het werk te zetten, zo kunnen wij het ook technisch blijven volgen en de leerkrachten zo goed mogelijk ondersteunen.”
Alles erop en eraan
“Daarnaast hebben we bevraagd wat de leerkrachten verwachten van hun toestel, wat ze er nu mee willen kunnen maar ook over een aantal jaren. Je moet namelijk niet enkel denken aan technologie die nu relevant is, maar die binnen drie of vier jaar nog altijd relevant zal zijn.”
Als je wil dat leerkrachten hun leerlingen zo goed mogelijk ondersteunen, moeten ze ook met dezelfde technologie werken.
Natalie Provost, pedagogisch ICT-coördinator
Daarom opteren ze voor toestellen met een touchscreen, waar je een tablet van kan maken en die je met een pen kan bedienen. “Voor de leerlingen zijn ze wat steviger en kleiner, voor de leerkrachten hebben we het grotere model besteld.” Beide toestellen beschikken wel over dezelfde technologie. “Als je wil dat de leerkrachten hun leerlingen zo goed mogelijk ondersteunen, moeten ze ook met exact dezelfde technologie werken”, voegt ze er nog aan toe.
Duurzaamheid is belangrijk
Dat Natalie ervan overtuigd is dat iedereen de Digisprong duurzaam moet aanpakken, is duidelijk. “Ik vrees dat het risico er is dat er nu veel kortzichtige beslissingen worden genomen.” Daarom heeft ze tijdens personeelsvergaderingen en pedagogische studiedagen het schoolteam uitgelegd wat het Digisprongplan precies inhoudt.
“De Digisprong wordt vaak fout begrepen, want je bestaande situatie telt ook mee.” De eerste stap volgens Natalie is alles in kaart brengen, kijken wat er nog nodig is en ervoor zorgen dat je een plan hebt wat je minstens zes jaar kan volhouden. “Als de toestellen versleten zijn, moet je namelijk ook een plan hebben voor vernieuwing.”
Zelf heeft ze de beginsituatie volledig in kaart gebracht, zowel qua infrastructuur als qua toekomstplannen maar ook naar de competenties van de leerkrachten werd gekeken. “Dat hebben we gebaseerd op het DigCompEdukader over alle scholen heen, wat we meenemen in een professionaliseringsplan.”
lees ook
Startvideo Kenniscentrum Digisprong brengt DigCompEdukader in beeld
Aanspreekbaar en bereikbaar
Op dit moment werkt Natalie meer dan voltijds, zoals de meeste ICT-coördinatoren tijdens de gesprekken aangeven. “Ik denk dat iedereen in het onderwijs dat wel zal antwoorden, want een ICT-coördinator klopt net zoveel uren als een geëngageerde leerkracht of directie.”
Ze geeft aan dat het fijn zou zijn om nog iemand extra te hebben om dingen te centraliseren, al mag ze op dit moment niet klagen. Ze kan voorlopig twee dagen per week centraal werken, al zal dat moeilijk worden wanneer alle nieuwe toestellen erbij komen. “Eigenlijk zou iedere school uren voor een lokaal ICT-anker moeten hebben”, geeft ze aan.
Ik wil altijd aanspreekbaar en bereikbaar zijn. Dat is ook mijn job.
Natalie Provost, pedagogisch ICT-coördinator
“Ik wil namelijk altijd aanspreekbaar en bereikbaar zijn, dat mensen vragen afvuren en zich ondersteund voelen. Dat is ook mijn job.” Recent is er in de scholen een ticketsysteem als test ingevoerd, maar ook dan wil Natalie er zijn voor de leerkrachten. “Ik vind dat je iemand niet drie dagen kan laten wachten op een antwoord.”
Daarenboven vindt ze dat het pedagogische niet helemaal losgekoppeld kan worden van het technische. “Je moet van elkaar weten wat er gaande is, er moet altijd een sterk en complementair ICT-team aanwezig zijn.”
ICT-netwerk
In de scholengemeenschap is er nog één secundaire school waar een vaste ICT-coördinator werkt. “Die ondersteunde de basisscholen al voor mijn collega en ik er waren. Dat is iemand waar we echt op kunnen terugvallen en die de scholen door en door kent.” Bovendien zorgt dat voor een goede doorstroom naar het secundair onderwijs en kunnen we heel wat dingen centraliseren, zoals het aankopen en beheren van de laptops.
De bedoeling is echter dat er een enthousiast netwerk ICT wordt opgezet. “Daar zitten al een aantal mensen in, al zijn we nog niet fysiek kunnen samenkomen door de pandemie. Als je moet puzzelen welke klas welke leerkracht voor zich krijgt, is het niet het moment om te vragen naar mensen voor een ICT-netwerk.”
Daarnaast vindt Natalie netwerken belangrijk zodat er aan de juiste mensen vragen gesteld kunnen worden. “Ik volg dan ook heel wat ICT’ers via verschillende kanalen. Denk aan Twitter, LinkedIn, het netwerk van het Katholiek Onderwijs en de MIE-expertgroep van Microsoft.” Bovendien kan ze haar oud-collega’s altijd aanspreken en blijft de Facebookgroep voor ICT-coördinatoren een goede hulplijn.
Vroeg en veilig online
“De mindset over hoe belangrijk ICT is, zit ook nog niet altijd goed in het basisonderwijs”, geeft Natalie aan. Vooral het overtuigen van collega’s waarom iets nodig is, blijft moeilijk. “Kinderen leren tegenwoordig swipen voor ze leren schrijven, en het is aan ons om het ze zo jong mogelijk correct te leren. We moeten er niet vanuit gaan dat ze het wel vanzelf juist zullen kunnen.”
Als de digitale achterstand niet vroeg genoeg wordt weggewerkt, wordt die nooit nog weggewerkt.
Natalie Provost, pedagogisch ICT-coördinator
Er zijn ook kinderen die thuis geen toestellen hebben of iemand die hun veilig digitaal leert navigeren. “Als de digitale achterstand niet vroeg genoeg wordt weggewerkt, wordt die nooit meer weggewerkt. Als school draag je hier ook een verantwoordelijkheid in.” Voor die kinderen is de Digisprong zeker welkom. Er moest wel een digitale versnelling komen.
Het Digisprongplan en de nieuwe markt
Het Digisprongplan is dankbaar en zeer nodig voor ICT-coördinatoren stelt Natalie, maar sommige scholen worden geforceerd om alles zo snel mogelijk uit te rollen nu de financiële middelen er zijn. “Ik vrees dat veel middelen ondoordacht besteed gaan worden en dat is jammer. Bovendien had de overheid jaren geleden al moeten inzetten op digitalisering, om problemen tijdens de coronapandemie te voorkomen.”
“Nu er veel geld in het onderwijs aanwezig is, zijn wij ook een interessante markt geworden. Kinderen zijn in mijn ogen echter geen markt om te bespelen.” Uit de toekomst van kinderen wil je dan ook geen gigantische winsten halen. Ze geeft aan om kritisch te blijven en niet zomaar iets in huis te halen waar je jaren aan vasthangt.
“Uitgeverijen negeren vaak ook de vraag naar een single sign-on-omgeving, al is dat wel een werkpunt van de Digisprong. Helaas gaat dat ten koste van het kwalitatief onderwijs voor onze kinderen.”
Noden en wensen
Tot slot gaat Natalie in op wat ze nodig heeft en dat is voornamelijk tijd en laagdrempelig lesmateriaal. “In het basisonderwijs is er weinig tijd om te professionaliseren, je kan namelijk niet iedereen zomaar lesvrij maken.”
“Er wordt altijd veel kritiek gegeven op het niveau van het onderwijs, maar we kunnen dat enkel opkrikken met professionalisering.” Zelf schreef ze zich dit jaar in voor de opleiding tot Onderwijstechnoloog aan de UCLL, al moest ze hier zelf de tijd en middelen voor vrijmaken.
Maar ook concreet en laagdrempelig leermateriaal is hard nodig. Volgens Natalie kunnen het Kenniscentrum Digisprong en KlasCement hier een grote rol in spelen, alsook de pedadogische begeleidingsdiensten. “Iedereen werkt altijd op zijn eigen eilandje, maar veel scholen zijn met hetzelfde bezig. Dat is in mijn ogen verloren werk, al is niet alles natuurlijk vertaalbaar naar een andere school.”
lees ook
Kenniscentrum Digisprong lanceert privacyhandleiding Google Workspace
Dit is een interview binnen de ‘ICT-coördinator aan het woord’-reeks. Met deze rubriek willen wij ICT-coördinatoren hun verhaal laten doen. Op die manier kunnen ze van elkaar leren en eens gluren bij de buren. Wil jij graag zelf deelnemen of ken je iemand in je omgeving? Contacteer ons via info@schoolit.be voor een eerste kennismaking.