Gratis Vlaamse laptop dan toch niet zo gratis?
Vorig jaar al maakte minister van Onderwijs Ben Weyts bekend dat alle leerlingen vanaf het vijfde leerjaar een laptop zouden krijgen. De Vlaamse Overheid zette hiervoor 385 miljoen euro opzij. In theorie gratis dus, maar in de praktijk tellen ouders er nog een flinke duit voor neer.
In december vorig jaar kondigde de Vlaamse Overheid de Digisprong aan en zette ze 375 miljoen euro aan de kant om de kas van het onderwijs te spijzen. Dit jaar in mei kwam daar nog 10 miljoen euro extra bij. Minister Weyts (N-VA) beloofde elke leerling vanaf het vijfde leerjaar een gratis laptop, al lijkt die niet zo gratis als eerst gedacht.
Rondvraag
Uit onderzoek van Het Nieuwsblad blijkt dat er grote verschillen zijn in wat ouders moeten betalen voor de laptop van hun kinderen. Wanneer we twee scholen uit Mechelen vergelijken, zien we dat de helft van de leerlingen in middelbare school Colomaplus op 1 september al een toestel krijgt. Ouders betalen een eenmalige waarborg van 100 euro en jaarlijks 12 euro voor de verzekering en het onderhoud. In het Scheppersinstituut moeten ouders echter 310 euro neertellen bij de aankoop. Bij de huurkoop van een toestel is dat zelfs 410 euro over 46 maanden. Alle secundaire scholen krijgen van Weyts nochtans 510 euro per leerling om toestellen aan te kopen.
Waar zit het verschil dan?
In Colomaplus blijft de school echter eigenaar van de laptop, terwijl het Scheppersinstituut er voor kiest de leerlingen eigenaar van hun toestellen te maken. Scholen kunnen dus kiezen op welke manier ze toestellen aan hun leerlingen aanbieden.
Ook het type toestel zit er voor iets tussen en maakt een verschil in prijs. Directeur Veerle Scheirs van het Scheppersinstituut geeft aan dat zij kiezen voor een ‘pen device’: een laptop waarop je ook met een pen kan schrijven. De prijs hiervan ligt echter hoger dan het vooropgestelde bedrag van 510 euro.
Lees ook: Eerste 230 miljoen euro Digisprong-middelen uitgekeerd – Schoolit
Infrastructuur is ook belangrijk
Het Atheneum van Tervuren kiest ervoor ouders 510 euro te laten betalen voor een laptop van 774 euro, waar hun kinderen wel eigenaar van zijn. De overgebleven 255 euro subsidie besteedt de school aan infrastructuur, internet, software en lockers voor de laptops. Sofie De Cupere, coördinator digitaal beleid van Scholengroep Scoop, geeft aan dat de laptops erg robuust zijn en tot wel zes jaar kunnen meegaan. Omdat de leerlingen op deze manier minder schoolboeken zullen gebruiken, ligt de uiteindelijke kostprijs voor leermiddelen volgens de school ook niet veel hoger dan vroeger.
Andere scholen houden het echter volledig gratis voor ouders door de laptops alleen in de klas te gebruiken of door kinderen een eigen laptop mee te laten brengen indien ze die recent kochten. Scholen die wel geld laten neertellen voor de toestellen, geven aan een oplossing te hebben voor kwetsbare kinderen en ouders.
Ondoordacht plan?
Gezien scholen vrij zijn in het vormgeven van hun beleid, kunnen ze dus ook duurdere toestellen kopen wanneer ze dat nodig vinden. Toch krijgt Weyts de kritiek te verwerken dat de digisprong te vroeg en ondoordacht gezet moet worden. Koen Vandenhoudt, voorzitter van de Vlaamse ICT-coördintatoren Liga (Vicli), geeft aan dat het gevolg is dat iedereen het nu anders aanpakt.
Gezien de leerlingenaantallen in het secundair onderwijs gestegen zijn, komt het bedrag van 510 euro niet meer overeen met de realiteit. Scholen krijgen dus minder geld voor het aantal toestellen dat ze moeten voorzien en proberen het tekort op andere manieren te recupereren.
Scholen worden nu overspoeld door een tsunami aan laptops.
Jan Elen, specialist onderwijstechnologie KU Leuven
Ook worden scholen nu overspoeld door een tsunami aan laptops, volgens Jan Elen, specialist onderwijstechnologie aan de KU Leuven. Een degelijk digitaal plan opstellen duurt meestal jaren en de aankoop van materiaal is vaak de laatste schakel volgens de professor. Eerst moet je nadenken hoe je toestellen gaat inzetten in de klas om ze te kunnen gebruiken, nu gebeurt helaas het omgekeerde.
Commentaar van de minister
Volgens minister Weyts is het beslist mogelijk degelijke toestellen te voorzien met het budget van de Vlaamse Overheid, zeker wanneer scholen in bulk kopen. Natuurlijk hebben instellingen een pedagogische vrijheid om toestellen te kopen die meer kosten, al moet dat in samenspraak gebeuren met de ouders. Dat kan via inspraakorganen zoals de schoolraad. Alles hoort ook vastgelegd te worden in het schoolreglement. Ouders die niet akkoord gaan, kunnen een klacht indienen bij de Commissie Zorgvuldig Bestuur.
Het feit dat de Digisprong ondoordacht is, ontkracht Weyts stellig. Scholen worden immers ook inhoudelijk ondersteund en begeleid door het ICT Kenniscentrum Digisprong. Ze hebben vanaf september ook nog twee jaar om het digitaliseringsplan te realiseren en krijgen een structurele verdubbeling van het ICT-budget. De volgende Vlaamse Regering zal natuurlijk ook moeten bijspringen, maar dat zal volgens Weyts zeker gebeuren. Professor Jan Elen hoopt dan ook dat het kenniscentrum scholen zal bijstaan in hun keuzes, zodat we niet eindigen met een gigantisch laptopkerkhof.
Extra ICT-coördinatoren
Tot slot blijkt het voor scholen ook erg moeilijk om ICT-coördinatoren te vinden. Op de website van de VDAB staan er nu nog meer dan vijftig vacatures open. Koen Vandenhoudt geeft aan dat het zelfs voor de Digisprong al moeilijk was. Sterke profielen verdienen namelijk meer in de privésector.