Over de projector: welke specificaties voor het beste beeld?

- Jeroen Langendam

Een projector met hogere specificaties levert niet per sé een scherpere beeldkwaliteit op. Hoe zit dat precies?

Bij het aanschaf van een nieuwe projector of beamer is de beeldkwaliteit de belangrijkste factor om rekening mee te houden. Hoewel er ook andere factoren meespelen, zoals de prijs van de projector, is de beeldkwaliteit bepalend of een projector in overweging wordt genomen.

Om die reden wordt vaak het eerste naar de resolutie gekeken. Hoe hoger het getal dat vermeld staat, hoe beter de beeldkwaliteit. Tenminste, dat zou je denken. Helaas is het vertalen van de technische specificaties naar beeldkwaliteit ietsje ingewikkelder dan dat. Al is het maar omdat er verschillende resoluties bestaan

Native resolution

Een van de belangrijkste specificties van de projector is de native resolution. Bij elke projector, of het nu LCD, DPL of LCOS is, heeft de ingebouwde micro-display zijn eigen resolutie. Deze micro-display bestaat uit pixels. Wanneer gesproken wordt over de native resolution, wordt verwezen naar het aantal pixels op deze micro-display. Bijvoorbeeld een native resolution van 1280×720 betekent dat de projector een micro-display heeft die 1280 pixels in de breedte telt en 720 verticaal.

De native resolution is een belangrijk getal, omdat het grenzen stelt aan wat de projector op een fatsoenlijke wijze kan tonen. Een projector van 1280×720 is niet in staat om beelden te tonen die een hogere resolutie hebben, zoals een 1920×1080. Daarvoor heeft het simpelweg onvoldoende pixels.

Maximum resolution

Deze term zegt niets over de maximale resolutie die je kunt projecteren, maar heeft betrekking op de input die de projector kan verwerken. De projector is in staat om verschillende soorten files om te zetten naar beeld, en kan video-bestanden van verschillende afbeeldingen verwerken. Maar ook hier geldt dat een projector beperkingen heeft. Een projector kan geen input verwerken met een resolutie die hoger ligt dan de maximum resolution.

Scaling (schalen)

In het ideale geval is de resolutie van de input gelijk aan de native resolution. In zo een geval is de projector slechts een doorgeefluik dat de input één-op-één omzet in beeld. Vaak is de input echter van een andere resolutie dan het gewenste beeld. De projector moet dit omzetten in een beeld van goede kwaliteit. Dit rekenwerk noemen we scaling (schalen). Een projector kan twee kanten op schalen; omhoog en omlaag.

Wanneer de resolutie van de input kleiner is dan de native resolution, moet de projector het beeld uitvergroten om het gehele beeld te vullen (opschalen). Maar wanneer de resolutie van de input hoger ligt dan de native resolution, moet het juist worden verkleind.

Het is knap hoe goed de meeste projectoren in staat zijn om verschillende inputs te schalen naar een goede beeldkwaliteit. Maar het is onvermijdelijk dat er bij dit omzetten wat kwaliteitsverlies optreedt. Een geprojecteerd beeld is daardoor altijd ietsje minder scherp dan het origineel. Vooral wanneer je veel tekst projecteert kan dit vervelend zijn.

Zorg voor de juiste match tussen specificaties en de input

Bij het kiezen welke projector je gaat kopen is het slim om niet alleen te kijken naar de specificaties die op de doos staan. Je moet ook kijken naar compatibiliteit van de input en de output. Als de output van de desktop PC bijvoorbeeld 800×600 is, zou een projector met dezelfde specificaties passender kunnen zijn, omdat er niet geschaald hoeft te worden. Het zou zo maar kunnen dat een kleine aanpassing van de input een enorm verschil maakt.

Hoe groter, hoe beter, geldt niet voor de specs. Waar je naar moet zoeken is de match tussen de native resolution van je (nieuwe) projector en de output van de apparaten die je erop aansluit. Door een goede match tussen die twee (bijvoorbeeld de output van pc en de specificaties van de projector) kan een projector met lagere specificaties tóch voor scherpere beelden zorgen.