Wetenschappers over het effect van VR op kinderen

- Jeroen Langendam

Virtual Reality (VR) kan een belangrijke en waardevolle toevoeging zijn in de les. Maar VR heeft ook een mindere kant. Een groep deskundigen heeft hierover een rapport geschreven en adviseert om VR beperkt in te zetten.

Virtual Reality (VR) wordt steeds goedkoper en toegankelijker. Ook in het basisonderwijs wordt er veel gesproken over het gebruiken van deze technologie als hulpmiddel om de lesstof tot leven te brengen en er wordt volop mee geëxperimenteerd. Doordat de eerste resultaten positief lijken wordt VR bij steeds meer scholen voor steeds meer doeleinden ingezet. Zelfs op de kleuterschool, waar kinderen in Virtual Realityeen bezoek brengen aan de dierentuin of aan Antartica.

VR is goedkoop

De leerresultaten zijn indrukwekkend. Door de ‘immersive environment’ nemen kinderen de aangeboden onderwijscontent snel op. Ook groeit hun razendsnel en toont hun schrijfvaardigheid een snelle ontwikkeling.  

De meeste scholen kunnen vanwege de kosten hooguit één excursie per jaar organiseren. De kosten van een Virtuele excursie liggen een stuk lager. Zo kom een docent uit New York met VR zijn hele klas naar het Anne Frank-huis in Amsterdam, iets wat normaal gesproken onbetaalbaar zou zijn.

De grootste kostenpost is de aanschaf van de apparatuur. Daarna zijn de extra kosten die voortkomen uit vaker inzetten beperkt. En de leerlingen vinden het meestal geweldig. Dit maakt het verleidelijk is om veel gebruik van VR te maken.

Sterke nadelige effecten

Onderzoekers en deskundigen zagen de trend naar VR in het onderwijs en besloten samen te komen om te onderzoeken of VR ook neveneffecten heeft. De uitkomsten zijn verontrustend. In het paper ‘Immersive Media and Child Development’ concluderen de onderzoekers dat Virtual Reality een sterk negatief effect kan hebben op de fysieke, cognitieve en sociaal-emotionele ontwikkeling. Aan de andere kant zien de onderzoekers dat VR een bijdrage kan leveren aan het onderwijs.

Weinig over lange termijn effecten bekend

De onderzoekers benadrukken dat er nog weinig bekend is over de lange termijn effecten van VR op de ontwikkeling van het kind. Dat is ook de reden dat fabrikanten op hun producten aangeven dat ze bedoeld zijn voor gebruik door kinderen van 13 jaar of ouder. Volgens het rapport kan het ‘onveilig zijn voor kinderen gezien de cognitieve druk die dergelijke media op het kinderbrein leggen. Dat komt doordat de prefrontale cortex, die te maken gaat met functies als impulscontrole en vooruitdenken, bij kinderen nog steeds in ontwikkeling is tot ze rond de 25-30 jaar zijn’.

VR kan onveilig zijn voor kinderen

Andere bedenkingen die in het rapport genoemd worden hebben betrekking op beveiliging en privacy. Ook worden zorgen geuit dat het toenemend gebruik van VR de kloof vergroot tussen kinderen van ouders die zich deze technologie wel kan veroorloven en kinderen uit gezinnen met een laag inkomen.

Tenslotte vragen de experts zich af wat het effect is van de zintuigen die kinderen normaal gebruiken om de wereld te leren kennen. Want, zo is de redenering, niet alle zintuigen worden in een virtuele omgeving geprikkeld. Geur- en tastzin- komen in VR bijvoorbeeld niet aan bod.

Ouders maken zich zorgen

Ook ouders zijn er niet gerust op dat het onderdompelen in een virtuele omgeving zonder risico’s is. Volgens een poll is 60% van de ouders ‘in enige mate bezorgd’ dat VR nadelige effecten op hun kinderen kan houden. Ouders melden dat hun kinderen (in de leeftijd van 8 tot 17 jaar oud) met een headset op ergens tegenaan botsten (13%), duizelig werden (11%), hoofdpijn kregen (10%) of last kregen van vermoeide ogen (8%)

Wanneer is VR geschikt voor het onderwijs

VR kan een positieve bijdrage leveren, mits het bewust en beperkt wordt gebruikt. De onderzoekers benadrukken dat VR als onderdeel van een les moet worden gebruikt, steeds maar enkele minuten.

Volgens het rapport moeten onderwijzers ervoor zorgen dat elke virtuele beleving een positieve impact heeft op het kind. De experts hebben een viertal situaties benoemd waarin VR gebruikt kan worden, namelijk situaties:

  • … waar de kosten dermate hoog zijn dat ze een leerervaring in de weg staan
  • … waar je iets wilt wat fysiek onmogelijk is, bijvoorbeeld terug in de tijd reizen
  • … die gevaarlijk zijn
  • … waar het beleven van de ervaring ‘in het echt’ contra-productief zou zijn.

Volgens de experts is het belangrijk om leerlingen een alternatief te bieden voor VR, bijvoorbeeld door de content ook via een tablet of PC beschikbaar te stellen, of de content geheel optioneel te maken: ‘Niet iedereen houdt van een 360-graden ervaring’.

Niet iedereen houdt van een 360-graden ervaring

Om het maximale leerrendement met VR te bereiken moet de virtuele ervaring volgens de deskundigen geen passieve ervaring zijn, maar kinderen uitdagen om in hun virtuele omgeving te handelen. Bovendien moet Virtual Reality altijd ten dienste staan aan de lesstof, en niet op de voorgrond komen te staan.

Meer onderzoek naar VR is nodig

Volgens de onderzoekers is meer onderzoek naar de lange termijneffecten van VR noodzakelijk. Wetenschappelijke studies zouden zich moeten richten op het effect op de ogen, maar ook  naar het effect op de uitvoerende hersenfuncties. Ook de manier waarop kinderen zich verhouden tot virtuele personages en ‘hoe ze informatie vanuit de virtuele omgeving vertalen naar de echte wereld’ zou de moeite waard zijn. Bij deze studies zou het zinvol zijn om rekening te houden met externe factoren, zoals het inkomen van de ouders.

VR: voorzichtigheid is geboden

Virtual Reality kan een waardevolle toevoeging zijn aan de gereedschapskist van leerkrachten. Maar omdat er nog weinig bekend is over de langetermijn effecten, is het verstandig om terughoudend te zijn met het gebruik van deze technologie.

Zet Virtual Reality dus niet in omdat het mogelijk is en de leerlingen het zo leuk vinden, maar gebruik VR alleen in een beperkt aantal situaties, onder strenge voorwaarden en voor korte tijdsduur.